dinsdag 28 maart 2006

How do you spell relief?

Vandaag in Slate: "How do you spell relief?" gevolgd door: "Bush goes to the bullpen". Wat je anders allemaal niet mist... Ik woonde in 1981/1982 in Amerika, en dat lijkt essentieel om deze te begrijpen.

Meer dan in Nederland, en waarschijnlijk even veel als in Rusland, staan in Amerika de krantenkoppen vol literaire toespelingen. Nou ja, literair... Waar je in Rusland een forse hoeveelheid Poesjkin moet kennen om al die koppen op waarde te kunnen schatten, volstaat in Amerika een grondige kennis van de 'pop culture'.

Van achteren naar voren. De bullpen is een soort oefenplaats buiten het honkbalveld, waar de werpers (pitchers) zich warm werpen tot ze op mogen. Tijdens de wedstrijd zijn de werpers in de bullpen relief pitchers, die hopen de startende werper te mogen aflossen; dit wisselen gebeurt bij honkbal vaker dan bijvoorbeeld bij voetbal. De werper kan niet alleen geblesseerd raken of slecht staan te werpen. Hij wordt ook gewoon moe, en de batters raken ingespeeld op zijn repertoire van worpen. In de laatste of de laatste twee innings kan het dan opeens honkslagen gaan regenen. Om dat te voorkomen wordt voor die cruciale periode vaak een frisse relief pitcher ingezet.

Toen ik dus in '81/'82 in de Verenigde Staten woonde, zag ik regelmatig een televisiereclame voor een antimaagzuurtablet, met de naam Rolaids. Iemand werd gevraagd hoe je "relief" spelde. Die persoon pakte dan wat er het dichtst bij de hand was (kantoormedewerker pakte post-it briefje, iemand anders bewasemde geloof ik een spiegel) en antwoordde, al schrijvend:

I spell it R-O-L-A-I-D-S"
(Behalve als "aflossing" kun je "relief" ook vertalen als "opluchting" - een interessante maar nu niet relevante kwestie is of Engelstaligen dat betekenisverschil ook voelen.)

Wat me toen als briljant voorkwam was dat iedereen te pas en te onpas op dat "How do you spell relief" varieerde. Tot aan honkbalcommentatoren toe:
How did the Indians spell relief? They spelled it [volgt de naam van de relief pitcher van de Cleveland Indians].
Het soort tagline dus waar iedere copywriter van droomt - dat hadden ze goed voor elkaar bij Rolaids!

Maar het blijkt allemaal wat strakker gepland te zijn geweest. De tagline bestond al jaren, en ik lees nu dat Rolaids al sinds 1976 sponsor was van de Rolaids Relief Man of the Year Award, de enige gesponsorde prijs in het Amerikaanse honkbal. Voor de beste relief pitcher van het jaar. Evengoed een geweldig staaltje marketing.

Een mogelijke vertaling van "How do you spell relief" zou zijn: "Wrijven helpt niet". De Nederlandse Rolaids heet Rennies, en de tagline daarvan werkte ook lang door. Maar je zal hem niet snel in een Nederlandse krantenkop aantreffen.

zondag 26 maart 2006

Eds uitnodigingen

Mijn vriend Ed nodigt me regelmatig uit om zijn "dinner in Zaal 100" bij te wonen. Het lijkt me een goed idee om, tot Ed mij tot de orde roept, zijn uitnodigingen integraal te publiceren. Voor wie van een goed bord warm vegetarisch eten houdt, en Eds humor kan waarderen:

Dear Beloved Gourmets,

For your enjoyment, more award winning dialog from that critically acclaimed film "My Dinner with Ed":

MAN: Hey, Ed. Call me a taxi.
ED: Okay, you're a taxi.

Damn, I love that one but that's probably a sign. Anyway, for those curious to see if this hilarity will, indeed, end, you are cordially invited to dinner in Zaal 100 on Wednesday 29 March at 19:30.

Yours with a grain of salt,

Ed
Interesse? Vraag mij om de details!

zaterdag 25 maart 2006

Héé, Hilary Duff!!

Wilt u eens een vertaling van mij lezen? Tsja, ik vertaal geen boeken en mijn naam wordt zelden vermeld. ("Is het erg dat ik u niet ken?" vroeg een rechter-commissaris voor wie ik tolkte, en die meer Russische literatuur had gelezen dan ik, mij eens. Helaas, dat is niet alleen niet erg, het is volkomen terecht.) Maar wij vertalen wel degelijk de Barbie-website, en ik nam persoonlijk een interview voor mijn rekening met een meisje van zestien dat blijkbaar beroemd was, een zekere Hilary Duff. Lees en beef. Op zich alle respect trouwens, hoe ze de kool en de geit weet te sparen (merk op dat ze zich niet laat verleiden kledingzaken te noemen).

Nou doe je natuurlijk research als je vertaalt, dus ik begreep al snel dat ze zingt en acteert. Maar ik vond het niet de moeite ook nog eens te zien en horen hoe. Je hoeft die research ook niet overdrijven.

Hoor ik plotseling op de radio (BBC World Service, ik zocht even op de website naar Alistair Cooke en bleef hangen bij het nieuws en vervolgens Top of the Pops) een nummer dat in de eerste plaats klinkt als iets dat ik eerder heb gehoord, en verder als Stevie Nicks of The Bangles. In ieder geval een stem met weinig volheid maar wel een soort natuurlijk volume, als ik dat goed uitdruk. Eigenlijk wel mooi. "She's only 18," begint Emma B. Héé, is dat mijn eigen Hilary, die zou best intussen 18 kunnen zijn! Jawel, ze is het. Het nummer heet Fly. Wie weet waar het door geïnspireerd is, mag het zeggen.

Alistair Cooke, George Abbott, Robert de Niro

Ik kan me voorstellen dat er mensen zijn die niet van Alistair "Letter from America" Cooke houden. Hij is afgrijselijk pedant. Die voordracht. Die beroemde mensen die hij kende. Golf, tennis, whiskey. Dat eindeloos om zijn punt heen draaien, nóg een kwinkslag, nóg een anekdote. Vooruit, de BBC geeft me een kwartier, dus waarom niet. Het is allemaal waar, maar ik luister al weken naar zijn cd's en lees Memoirs of the great & the good (London 1999) - meer, meer van hetzelfde. Overigens is hij ook te lezen en te horen op de website van de bbc.

Je kan hem eindeloos citeren. Wat je doet om een keus te maken: een onderwerp nemen dat je aan het hart gaat. Stel, je hebt altijd al een verschrikkelijke hekel gehad aan Robert de Niro en met name aan de pretenties die hij ontleende aan het gebruik van "the Method", de Amerikaanse versie van de Stanislavsky-techniek: als hij zich zo geweldig in zijn rollen inleeft, WAAROM LIJKT HIJ DAN ALTIJD VOORAL OP ROBERT DE NIRO? Denkt u daar hetzelfde over, dan is het stuk over George Abbott (op. cit., p. 191-198) balsem voor de ziel:

Mr. Abbott's objection to the school was that a man strained and sweated to imagine himself as an old spinster or, perhaps, an old armchair, but all the while, Mr. Abbott complained, "he can't pronouce his final 't's." One actor, wrestling over the inner meaning of his part, asked "What is my motivation?" "Your job," said Mr. Abbott.
Dit geeft geen antwoord op de Robert de Niro-vraag, maar je kan weer een tijdje vooruit op je eenzame weg.

Houdt Ken van hinkelen?

Dochter van vijf heeft Barbies vriend Ken een been afgedraaid en zegt: "Ik hoop dat hij van hinkelen houdt".

Ik hou mijn hart vast - is dit een variant op Kurt Tucholsky's: "Ein jüdischer Mann sagte einmal: Ich bin stolz darauf, Jude zu sein. Wenn ich nicht stolz bin, bin ich auch Jude - da bin ich schon lieber gleich stolz!" - of is dit mafiose humor? Ik hoop Tucholsky, ze heeft zichzelf al leren lezen.

Naschrift Mijn vrouw merkt op dat het been van Ken erg los zit. Dus heeft dochter van vijf het waarschijnlijk niet losgedraaid en spreekt ze een oprechte hoop uit.

donderdag 23 maart 2006

Jongens en meisjes

Een late reactie, druk natuurlijk. Maar waarmee eigenlijk helemaal? Het managen van een eigen bedrijf lijkt een zeldzaam egotistische bezigheid als je ziet wat de jongens en meisjes van SP en ChristenUnie, alweer bijna drie weken geleden geportretteerd in M, allemaal doen.

Ik ben van geen van beide partijen. De SP ziet de partij als gedisciplineerde revolutionaire voorhoede en is daarom onacceptabel voor iedereen die de Oktoberrevolutie als een van de rampzaligste gebeurtenissen van de twintigste eeuw beschouwt.

Verder zijn ze naïef op het clichématige af: je krijgt de indruk dat ze echt niet weten hoe geld verdienen in zijn werk gaat. Dat is iets wat anderen doen. Wat wij willen is meer belastingen om het geld aan de mensen te geven die het echt nodig hebben. En zelf kiezen we ervoor van een minimumloon te leven.

En tenslotte is er de humor. Die tomaten. "Meer rood op straat." Gelukkig stonden er weinig staaltjes van in het stuk in M, maar wat er stond was weer genant genoeg. Een club waar ik niet bij zou willen horen.

Bij de ChristenUnie hoor ik ook niet, hoewel ze geen verwerpelijke politieke filosofie aanhangen, niet naïef zijn en geloof ik ook geen verstikkende groepshumor kennen.

Mijn probleem met hen zit 'm in het geloof in God, dat ik niet deel. Een almachtige God kan niet tegelijk bestaan met de ellende in de wereld, tenzij Hij die wil, en dat zullen de meeste Christenen ontkennen. Bovendien kan ik heel goed zonder God - ik bedoel dat ik voor geen enkele verklaring van welk fenomeen dan ook een God nodig heb, en ook niet voor het leiden van een min of meer correct leven. Dit geldt zeker ook voor veel van mijn vrienden, die zeker zo correct leven als ik en ook niet in God geloven. Ik meld daar onmiddellijk bij dat enkele voorbeeldige vrienden juist wel Christen zijn. Die geven God, denk ik dan, de credits die mijn niet-Christelijke vrienden en ik onszelf toeëigenen.

Ik vind het verbazingwekkend in het relaas van een van de ChristenUnie-jongens te lezen dat hij zeer bewust, je zou haast zeggen tegen beter weten in, het bestaan van God als gegeven aanvaardt:

Later volgde ik vakken aan de theologische faculteit, ik las over het ontstaan van de bijbel, ik dacht: ik heb het allemaal wel erg gemakkelijk voor waar aangenomen. Die twijfel heb ik niet aan de kant gezet, maar ik denk er gewoon niet meer aan. Nu is het: ik wéét niet hoe de bijbel is ontstaan, maar het is Gods woord en dat relativeer ik niet.
Deze jongen, 22 jaar oud, lijkt een intelligente, erudiete kerel, die André Rouvoet als gelijke interviewt en samen met een vriendin (blijkbaar niet zijn vaste vriendin?) een pleegkindje heeft in Tanzania: "25 euro per maand".

Ik ben 40. Wij zijn thuis pas een paar maanden geleden overgegaan tot het adopteren van een kindje in Bolivia - in onze portemonnee merken we dat echt helemaal niet, en de tekeningen die we onze dochtertjes in een eerste impuls lieten maken zijn nog niet verstuurd.

zaterdag 18 maart 2006

Bormann (Hitler) en Bohrmann/Boorman (Elsschot)

"Bohrmann" was, zoals liefhebbers van Willem Elsschot weten, in de eerste druk van Lijmen nog de naam van Boorman. Details in het boek wijzen erop dat hij eigenlijk Duitser is. (Wilt u daar meer over weten, dan graag een enthousiaste reactie.)

Bormann dan, die ik in mijn post over Hitler en het vegetarisme bedoelde, was zo onbekend als een nazi-topfiguur maar kon zijn. Pas later werd zijn belang als persoonlijk secretaris van Hitler erkend. Wat hem verder interessant maakte was dat zijn lot aan het einde van de oorlog onbekend was. Hij kon dus nog in leven zijn. Pas in 1998 kon op basis van DNA-onderzoek worden vastgesteld dat een in 1972 gevonden skelet dat van Martin Bormann was, en dat hij op 2 mei 1945 moest zijn gestorven.

Annie M.G. en de Leidse Sleuteltjes: hineininterpretiert

Alwéér een gaffe. Dat krijg je als je geen slap gelul in je blogs wilt, maar door wilt dringen tot de kern der dingen - anders kan je net zo goed televisie gaan kijken en anderen niet lastig vallen, vind ik. Maar je moet dus wel ontzettend veel research doen. In dit geval: nóg een keer heel goed, en voor zover mogelijk blanco, luisteren naar de Leidse Sleuteltjes. Nu deed ik dat pas nadat ik gepost had. Om een lang verhaal kort te maken: ook de LS zingen "Wat mij betreft steek nu maar van wal", en niet "Wat mij betreft steekt u maar van wal", wat ik enkele honderden keren gehoord dacht te hebben.

Hoe kan dat? Ik denk ongeveer zo: ik dacht een keer "steekt u" te horen, en was daar zo gelukkig mee dat ik op dat beperkte gebied mijn onderscheidingsvermogen uitschakelde en het dus vervolgens altijd op die foute manier hoorde. Door het blogstukje werden mijn kritische gevoelens weer aangewakkerd, en hoorde ik "De kraai in de zilveren kooi" vanochtend op weg naar zwemles alsof het voor het eerst was.

Oordeel zelf in hoeverre mijn argument (het lied is beter dan het gedicht) intact blijft.

vrijdag 17 maart 2006

Hij wachtte maar niet op zijn dubbeltje fooi

Heeft iedereen een hekel aan jaartallen? Van 1966 tot 1972 woonde ik in Leiden. Volgens mijn moeder had ik een prachtige stem - zo mooi, dat ik wat haar betreft bij de beroemde Leidse Sleuteltjes zou gaan. Het heeft niet zo mogen zijn, al voordat ik zeven werd verhuisden we naar Hengelo. In veel opzichten een vooruitgang, maar geen zangcarrière voor mij.

Nu luister ik in de auto naar de Leidse Sleuteltjes-versie van de kinderliedjes van Annie Schmidt. Het is een heruitgave van de LP die mijn ouders hebben. Het moet een opname uit mijn tijd zijn, maar het hoestekstje vertelt niets. Het lijkt er nu ook op dat die ook niet op de plaat staat - althans geen enkele website met antiquarische exemplaren vermeldt er een. Ook de website van de Leidse Sleuteltjes (ze bestaan weer!) doet niet aan zulke harde feiten.

Er zijn daar wel een paar antwoorden op sluimerende vragen te vinden. Over het perfectionisme en het geweldige articuleren bijvoorbeeld: de Leidse 'r' werd er uit geramd, en er werd veel waarde gehecht aan het tegelijk eindigen op een slot-'t'. Zoveel, dat bij plaatopnames maar één kind die mocht uitspreken. Zou het echt waar zijn? Volgende keer nog beter luisteren.

Maar de grootste vragen blijven onbeantwoord. Om te beginnen: was het niet een meisjeskoor? Dan had ik weinig kans gemaakt.

Ten tweede: beschikten zij over een oervorm van de teksten die beter was dan wat er uiteindelijk is overgeleverd in Annie M.G. Schmidt, Ziezo (Amsterdam, 1987)? Of werden de teksten aangepast? Als dat zo is, verdient de bewerker (dirigent Henk Franke, componist Paul van Westering?) bijzondere lof. Want de toch al razend goede teksten werden nog beter. Neem "De kraai in de zilveren kooi". Een kraai kan praten, zijn eigenaar verdient daar zijn brood mee, wordt bij graaf ontboden voor privé-optreden, beledigt daar graaf. Het vierde couplet luidt, volgens Ziezo:

Daar kwam dus de kraai met kooi en al.
Zo zo, zei de graaf, ahá!
Wat mij betreft, steek nu maar van wal.
Ik ben zo benieuwd, wat ie zeggen zal!
Maar de kraai zei geen boe en geen ba, nee!
De kraai zei geen boe en geen ba.
Dat hoor ik in het liedje zo, varianten door mij gecursiveerd:
Daar kwam dus de kraai met kooi en al.
Zie zo, zei de graaf, ahahaha!
Wat mij betreft, steekt u maar van wal,
Ik ben zo benieuwd, wat hij zeggen zal!
Maar de kraai zei geen boe of geen bahaha!
De kraai zei geen boe of geen ba.
Vooral dat arrogant-verstrooide "u" tegen een kraai zeggen is geniaal, vooral ook als je vervolgens in de derde persoon doorgaat. En dan "hij" natuurlijk - goed gearticuleerd zoals het bij de Leidse sleuteltjes past, maar ook omdat dat bij een graaf toch beter past. Hij viel al een klein beetje uit zijn rol door eerlijk te zeggen dat hij zo benieuwd is.

Het laatste couplet is ook prachtig (ik hou nu maar de plaatversie aan):
Dat was niet zo mooi, dat was niet zo mooi,
Voor zijn baas, de man met de bahahaard.
Hij wachtte maar niet op zijn dubbeltje fooi,
En vluchtte maar gauw met de kraai in zijn kooi,
En de graaf was totaal van de kahahaart,
De graaf was totaal van de kaart.
Je ziet de baas voor je. Waarom moest dit nou zo nodig, hij had de hele middag op de kermis kunnen staan en al een paar gulden hebben verdiend. Nog even blijven? De graaf is natuurlijk al sinds het eind van het vorige couplet van de kaart, dat weet de baas al maar wij nog niet. Een dubbeltje is tenminste iets. Nee, het ziet er toch niet goed uit. Snel wegwezen.

O ja, ten derde. De solistes. Wat is er van ze geworden? Hoe oud zouden ze nu zijn?

dinsdag 14 maart 2006

Russische Bibliotheek bij Kruidvat? Hoedt u voor namaak!

Voor de zekerheid: er is maar één Russische Bibliotheek, en dat is de geweldige, unieke, monumentale uitgave van Van Oorschot, waaraan grote vertalers als Aleida Schot, Charles B. Timmer, Tom Eekman en Karel van het Reve hun bijdrage leverden. Overigens bijna onbezoldigd: Van het Reve schrijft dat hij het bedrag dat hij voor zijn Toergenjev-vertalingen ontving volledig aan een secretaresse zou zijn kwijtgeweest als in plaats van zijn vrouw een secretaresse ze zou hebben uitgetypt. Zo'n project was het. En iedereen die zich wel eens te buiten gaat aan een skivakantie hoeft niet meer te doen dan zo'n skivakantie over te slaan om het resultaat in huis te kunnen krijgen.

Wat durven nu de mensenvrienden van het Kruidvat? Ze durven een serie inferieure vertalingen van klassieke (en minder klassieke, daarover zodadelijk) Russische schrijvers uit te geven onder de naam... Russische Bibliotheek. Daar is over nagedacht. Ongetwijfeld is die naam onbeschermd, en niet te beschermen, want te algemeen. Maar een groot bedrijf zou het toch niet nodig moeten hebben om zo schaamteloos mee te liften op een zorgvuldig opgebouwde naamsbekendheid. Ik mijd deze keten voortaan, en hoop dat iedereen die goede vertalingen én eerlijk ondernemerschap een warm hart toedraagt hetzelfde doet.

Een ding is raadselachtig. In de reeks zijn vertalingen opgenomen van Poesjkin, Gogol, Toergenjev, Dostojevski, Tostoj, Tsjechov, Gorki en... Maximov. Who the hell is Maximov? Wel, Vladimir Jemeljanovitsj Maksimov werd in 1930 geboren, stierf in 1996 en kan bij echte kenners van de Russische geschiedenis van de twintigste eeuw (zo'n kenner ben ik niet) bekend zijn als dissident, is misschien ook wel een goede schrijver, maar hoort absoluut niet in een rijtje van klassieken thuis (Gorki eigenlijk ook niet, maar die is tenminste nog bekend).

Nog merkwaardiger is dat de vertaling van Karantin is gemaakt door Arthur Langeveld, die van een heel ander kaliber is dan een goedwillende amateur als S. van Praag - anders dan Van Praag indertijd kent hij echt Russisch, bijvoorbeeld. Wat doet Langeveld in dit gezelschap? Heeft hij toestemming gegeven voor het gebruik van zijn vertaling (oorspronkelijk gepubliceerd in 1975)? Wist hij dat het om een broddelreeks zou waarmee het Kruidvat een middelvinger op zou steken naar de uitgeverij die net zijn alom geprezen vertaling van de Broers Karamazov van Dostojevski in de winkels heeft gebracht? Of heeft hij een naamgenoot?

Naschrift Arthur Langeveld meldt per e-mail dat hij niet in de heruitgave van zijn Maximov-vertaling (uit 1975) is gekend en maar hoopt er geld voor te krijgen. En dat het overigens geen slechte vertaling is.

Naschrift 2Gerechtigheid! Van Oorschot wint rechtszaak tegen Kruidvat. Lees hier het nieuwsitem op de website van mijn bedrijf Vertaalbureau.nl.

maandag 13 maart 2006

Gebruik die magnetron

Wie behalve over een computer over een magnetron en dochtertjes van net 5 en bijna 7 beschikt heeft misschien iets aan de volgende tip.

De kans is aanwezig dat de dochtertjes op momenten dat papa of mama er niet aanzit graag computerspelletjes spelen. Bij ons komt daar vroeg of laat ruzie van. Wat te doen? De oplossing bleek bij ons verbluffend eenvoudig: laat ze om de beurt 3 minuten spelen (mag ook meer of minder zijn natuurlijk, enig tweaken is op zijn plaats). Laat ze zelf de tijd instellen op de magnetron. Gebruik de keukenwekkerfunctie, anders slaat hij af of wordt er iets veel te heet. De voordelen zijn bij ons enorm gebleken:

(1) Ze hoeven geen aantallen spelletjes van elkaar bij te houden en geen discussie te voeren over hoe zwaar een ander soort spelletje of een spelletje waarin je per ongeluk snel dood was meeweegt

(2) Ze worden gedwongen samen te werken, want doordat ze geen spelletjes afmaken moeten ze ze van elkaar overnemen

(3) Ze bewegen meer dan bij menige andere (en creatievere) activiteit

(4) Ze leren de keukenwekkerfunctie van de magnetron te bedienen

(5) Ze krijgen een besef van tijd, althans van de geprogrammeerde tijdsduur

(6) En vooral: ze begrijpen zelf dat dit systeem eerlijk is, dus geen ruzie meer

De nadelen zijn dan relatief klein:

(A) Je kan de magnetron niet gebruiken om macaroni op te warmen

(B) Er komt toch nog ruzie omdat ze niet direct willen opstaan

Die laatste zet ik erbij omdat dat ongetwijfeld zal gebeuren. Maar bij ons is het na twee keer proberen (sessies van ongeveer een halfuur) nog niet gebeurd. Het lijkt erop dat die piep uit de keuken, en die irritante herhaling, geweldig motiverend werken. Onze meisjes springen in ieder geval onmiddellijk op, al moet Nolee alleen nog maar haar laarzen aan of staat Kiko op het punt door een cobra te worden gegrepen.

Waarschijnlijk denken ze oprecht dat het voor henzelf het beste is onmiddellijk de drie minuten voor hun zusje te laten ingaan, zodat ze zelf weer zo snel mogelijk aan de beurt gaan. Daarom werkt het misschien alleen met meisjes van 5 en bijna 7. Of zelfs alleen met de onze.

zaterdag 4 maart 2006

Opschrift

Met een dochtertje voor en een dochtertje achter op de fiets sluit ik achteraan in de rij voor de giromaat. Een jongeman in een trainingspak met het grote opschrift "Fuck Off, You Fucking Fuck" komt aanlopen en loopt direct naar de giromaat, die net vrijkomt. Hij had het beter gezien dan ik: de man voor mij wachtte alleen maar op zijn vrouw, er was helemaal geen rij. Tegen mijn gewoonte in zeg ik tegen de jongeman: "Wil jij misschien eerst? Ik zie dat je haast hebt. En het líjkt misschien wel of mijn dochtertjes het koud hebben en naar huis willen, maar dat is helemaal niet zo! Ze vinden het juist prettig om te wachten tot jij klaar bent!" Jongeman: "Oh, bedankt." Ik: "Graag gedaan."

Zo ging het echt, behalve dan dat gesprek. Ik ben niet ad rem, zal zeker in het bijzijn van mijn dochtertjes conflicten vermijden, en was zelf niet handig genoeg om de situatie goed in te schatten. En ik raakte in gepeins verzonken. O tsjom ty zadoemalsja, "Waar peins je over", vroegen Russische vrienden mij vaak, en gelijk hadden ze, ik doe dat. Wie koopt zo'n trainingspak? Wie bedenkt het? Welke ondernemer durft het op de markt te brengen, ongetwijfeld tegen het advies van zijn vrouw in? Een betere, visionairdere ondernemer dan ik, als ik iets tegen het advies van mijn vrouw in doe zijn de gevolgen niet te overzien.

Verder leek het me een aardige jongen die niet te hard aangepakt moest worden, trainingspak met opschrift of niet.

Lepels buigen

Ouch, mijn opmerking over Einstein en lepelbuiger Uri Geller in mijn stukje over Marianne Timmer zat er goed naast, al is het misverstand wel te verklaren.

Ik had ooit in Martin Gardner, Science. Good, Bad and Bogus (Buffalo 1981) gelezen over een veel geciteerd hoffelijk inleidinkje door Einstein op een boek met parapsychologische verkenningen van Upton Sinclair (op. cit., p. 151). Even verderop (p. 152) citeert Gardner Einstein over zijn twijfels over "extra sensory perception", die, anders dan de hem bekende natuurkrachten, niet afhankelijk zou zijn van de afstand tussen voorwerpen. Dit alles wel naar aanleiding van de claims van Uri Geller. Geller was acht toen Einstein overleed, en was waarschijnlijk al handig met de goocheldoos, maar schreef nog geen boeken.

Geller zou trouwens Einstein op zijn website hebben gezet - die blijkt hij gewoon te hebben: www.urigeller.com. Sorry, ik ga die pagerank van 6 niet nog verder verhogen, typ zelf maar in. Is hij alive and kicking? Merkwaardig is het ontbreken van datums, zelfs bij nieuws-items, althans van na 1974.

Gardner geeft een aanstekelijke beschrijving van de buigsessies waarin kinderen (immers van nature extra behept met telekinetische gaven) pas tot leven kwamen zodra ze met rust gelaten werden - maar wel met verborgen camera's gevolgd bleven worden: een van hen tilde zelfs een tafelpoot op een lepeltje om meer kracht te kunnen uitoefenen. De makers van het programma Superminds, waaruit de fraaie foto bij dit stukje afkomstig is, raakten er niet door uit het veld geslagen.

Nog meer Google-onderzoek wijst uit dat Uri er in ieder geval in 1999 nog jong uitzag. Het dochtertje van spoon bending party-organisatrice Cynthia Larson had zo in Superminds gekund:

[We] suddenly noticed that my daughter was quietly sitting with a fork on top of her right wrist as she gazed off in the distance... and her fork was drooping down as if it was made of soft rubber! It seemed to melt down to mold itself to the shape of her wrist as we watched in amazement. She wasn't even paying any attention to her fork, and didn't believe us at first when we exclaimed, "Your fork is bending!!!"
Yup.