zaterdag 20 mei 2006

Ik help Alma rekenen

Hoe groot is de kans dat je op een grasveld in Central Park in New York een bekende tegenkomt? Alma stelt zich die vraag (Het Parool, PS van de Week, p. 35), en laat zich door haar vriendin Milena voorrekenen dat er op dat moment op Manhattan wel een acht miljoen mensen zouden kunnen zijn. Van hen kent Alma er twaalf.

Ik denk dat die 8 miljoen een overbodig gegeven is. Het enige wat telt is: hoe groot is de kans dat een van de twaalf mensen die je kent op hetzelfde moment op dat grasveld is (nou ja, binnen gezichtsafstand op dat grasveld, maar dat laat ik verder buiten beschouwing). Dat zou wel eens mee kunnen vallen, want die twaalf mensen zijn niet willekeurig gegrepen uit een vaas vol New Yorkers. Een forse meerderheid zal bestaan uit leeftijdgenoten, die net als zij over enige vrije tijd beschikken (anders had ze geen gelegenheid ze te leren kennen) en ongeveer dezelfde interessen hebben. Misschien heeft ze er zelfs wel een paar in het park leren kennen.

Het is een prachtige dag, er zijn veel mensen op het veld. Is het overdreven om voor elk van Alma's 12 bekenden de kans dat zij er op hetzelfde moment als Alma zijn op 1 op 100 te schatten? Dan zou de kans dat Alma ten minste één van hen tegenkwam - rekenen, rekenen - ongeveer 11% zijn. Dat valt dus weer mee. Maar misschien schat ik die 1 op 100 te hoog in.

Het doet er niet echt toe, want wie komt Alma tegen? Zekere Mick... uit Nederland! Daar had ze in haar (vastgelopen) berekeningen geen rekening mee gehouden: haar bekenden hoeven geen New Yorkers te zijn. En haar Nederlandse vrienden zijn op dit moment zo'n beetje hetzelfde als zij aan het doen. Reizen, steden bezoeken. En wat doe je als je op een mooie dag in een vreemde grote stad bent? Hetzelfde als in Amsterdam. Dus kom je Alma niet zoals gebruikelijk in het Vondelpark tegen, maar in het Central Park.

Geen opmerkingen: